DE LETTER VAN DE WEIK: DE G VAN GARDEVIL.

We zijn in onze reeks met een overzicht van plezante of bijzondere Brusselse woorden aan
de hand van een alfabetische volgorde van de beginletters vorige keer garriveid on de letter
F. En dat wil vanaaiges zeggen dat we vandaag belanden bij de volgende in den ABC, namelijk de letter G. Let wel: we hebben het over de G zoals je die in het Nederlands uitspreekt, zoals in gooiendag of gooie merget. Je hebt ook woorden, vooral als die uit het Frans komen, waar de G anders wordt uitgesproken, zoals wanneer iemand een mooi gebaar stelt – ei dei ne schuune geste, dan zet je het woord cursief als het onveranderd blijft in ’t Brussels. Als het woord echter wel anders wordt uitgesproken zet je het met een aangepaste combinatie van medeklinkers: zoals bijvoorbeeld e zjestemenneke. Voor alle duidelijkheid: we zullen het hier en nu dus hebben over de enige echte G, godverdoeme! En opnieuw duiken we daarvoor met Marcel de Schrijver in zijn prachtige bloemlezing ’t Es on aa naa!

DE LETTER VAN DE WEIK: DE G VAN GARDEVIL

De eerste vrienden waaraan we met veel sympathie denken bij de letter G zijn natuurlijk de Gardevils. Dat zijn de mannen die het meeste werk hebben middenin de zomer. Zij moeten immers jaarlijks de cortège van de Maabuum akkompanjeiren en defandeire op de planting op 9 augustus. Bij Marcel de Schrijver lezen we over hen het volgende: GARDEVIL, van het Frans “garde-de-ville” = vroeger: politieagent. Het bekende wijsje van Lup lup lup de gardevil es doê kent iedereen wel. In zijn bloemlezing preciseert Marcel overigens dat deze Brusselse tekst werd gezet op de muziek van de 5 de figuur van de Engelse quadrille – quadrille van de lansiers – van J.L. Olivier Metra. Maar kennen jullie ook de rest van het liedje?

VOOREERST KOMT

Lup lup lup de gardevil es doê, de gardevil es doê, de gardevil es doê, Lup lup lup de gardevil es doê, de gardevil es doê
Je kan dat een paar keer herhalen, telkens wat sneller of op een andere wijze gezongen. Maar er bestaat ook een vervolg, en dat luidt zo:
En ‘k zoê ni geire luupe vè de gardevil (ik ben niet van zins weg te lopen voor die politieagent)
en nog: Mè zan krumme puuten en zanne oeilenbril (want hij heeft kromme benen en draagt een uilenbril)

Bij de letter G kunnen we weer een hele reeks toffe Brusselse woorden bovenhalen. Zo een
heel gewoon Nederlands woord dat je op dezelfde wijze uitspreekt en schrijft in het Brussels, maar waar ontelbare uitdrukkingen en gezegden rond geweven zijn. En opnieuw
belanden we bij onze vriend Marcel. Telkens wij hem konden uitnodigen om een van onze
lessen Brussels bij te wonen fleurde hij die op zijn onnavolgbare wijze op een lezing over
het woord ‘gat’. In zijn bloemlezing ’t Es on aa naa (en natuurlijk ook in de Franse versie
’t Kakkenesjke) zal je niet minder dan drie bladzijden vinden met expressions ouver et
gat. We pikken er voor ons eigen plezier een tweetal uit die we persoonlijk koesteren:
’t Gat van den deuvel, het gat van de duivel, een nogal mysterieuze Brusselse definitie van
een spiegel; en Ui gat sloêgt achtentaggeteg, haar gat slaat achtentachtig, wordt gezegd van een vrouw die een heupwiegende gang heeft.

Natuurlijk kunnen we nog heel wat andere gezegden en woorden met de beginletter G voor-
schotelen. ’n Ander woord dat we aldus konden geven is gegouve. Gegouven es gegouve
newo, dat es ten andere wa da waailen ee na in al dei magazines al van in et begin doon.
Allei, om onszelf te plezieren: wat denk je van gaffele? Of galosje (‘ons bomma dei zwumt
mè galosje…), of nog: ne gekaleide pei, dee goo gastikeid es. En verder: het heeft geregend en et es ee glaiteg (of gletteg). Hij is op za gat gevallen, en is nogal gabumeid. En ikke, ik em oenger en dëst gekreige. Ik pak ma nog ’n gozet; en dobaa ne gooie guis, ara. Santei!